Terrasje

Alleen een terrasje doen. Het moeilijkste moment is in je eentje het terras oplopen in het besef dat iedereen je bekijkt, gewoon omdat niemand hier iets beters te doen heeft. Vooral als het zo’n terras is waarvan de stoelen allemaal in dezelfde richting staan, zoals ze in een theater naar het podium zijn gericht. Terwijl je wordt aangestaard voer je in gedachten dat gesprekje dat je nu normaal met een compagnon zou voeren: ‘Is het goed hier?’, ‘Of zit je liever wat meer in de zon?’, ‘Of toch maar daar?’. Pas als de verschillende stemmetjes in je hoofd een consensus hebben bereikt, kan je gaan zitten aan het uitgekozen tafeltje. Dat is het kantelpunt. Vanaf dat moment ben je één met de terrasbende, je verdwijnt in de massa en mag vanaf nu ongegeneerd anderen aanstaren die er niet bij horen.

Toch kwam ik niet daarvoor, vandaag heb ik een andere missie. Ik tover mijn gezelschap uit mijn tas: een boek, of nog beter, twee boeken. Mijn plan is om hier op het gemak uit te zoeken welke van de twee ik eerst zal lezen. De ober die merkt dat ik geen aanstalten maak om de QR-code te scannen op de tafel, komt vragen of ik misschien liever een papieren drankkaart wil. ‘Ja graag!’ Ik steek mijn boeken in de lucht om te bewijzen dat ik nog van de papieren generatie ben, die generatie die je nog een plezier kan doen met een échte drankkaart, ze mag nog zo gekreukt en beduimeld zijn, mogelijks zelfs besmet met allerlei virussen, we slaan een zucht van opluchting als iemand ze ons aanreikt. Terwijl ik zit te genieten van de kaart die ik kan draaien en keren, vang ik flarden op van het gesprek aan het tafeltje naast mij. Het lijkt op het soort gesprek waarin dingen ‘nu eens open en eerlijk worden uitgesproken’, waardoor ik me een klein beetje ongemakkelijk voel en me afvraag of ik toch niet iets te dicht zit. Ik doe alsof ik omkijk waar de ober blijft om mijn bestelling op te nemen, maar gluur ondertussen naar de compagnie naast mij. Het is een jongere dame met iemand die haar moeder zou kunnen zijn, maar uit het gesprek leid ik af dat dat niet zo is, en toch voelt het aan alsof ze elkaar heel goed kennen, bijna een familieband hebben zelfs…. Ze zijn allebei deftig gekleed, de stijl van Marjan uit Thuis, en voor hen staat een glas champagne. Misschien is dat de reden dat ze zo openhartig praten en zich er niet aan storen dat er mensen meeluisteren.

De ober komt mijn bestelling opnemen. Ik pak nu mijn boeken erbij, bekijk de beide covers en lees vluchtig de achterflap. Misschien moet ik van allebei de eerste pagina lezen, bedenk ik. Maar het toeval wil dat die jongedame, die het meest aan het woord is, met haar gezicht in mijn richting zit, waardoor haar woordenwind langs de pas gecoiffeerde permanente van de oudere heen in mijn richting waait. Vergelijk het met iemand die aan de tafel naast jou zit te roken, het is onvermijdelijk dat je de uitgeblazen rook mee inademt. Ik kan er dus echt niets aan doen dat ik in dat gesprek betrokken raak als een stille getuige. Temeer omdat ze beschaafd Algemeen Nederlands praten, en de jongste heel duidelijk articuleert, haar medeklinkers iets te hard met haar tong tegen haar tanden laat klappen, waardoor die het effect hebben van de kleine tikjes op de lessenaar van de ring van de leerkracht om mij bij de les te houden. De oudere van de twee praat veel zachter maar zegt weinig, zij moet voornamelijk luisteren, af en toe iets bevestigen of ontkennen en daartussen eens van haar champagne nippen: ‘Dat zij neerkijkt op die mensen?’ Dat ontkent ze met een zo minzaam mogelijke ‘nee helemaal niet’, maar de jongere blijft volhouden: ‘Ja dat gevoel heb ik toch elke keer je over hen praat…’, en vervolgens blijft ze maar voorbeelden aanhalen van conversaties en situaties om haar punt te illustreren. Ik zit begripvol mee te knikken, weliswaar met mijn hoofd naar mijn boek gericht.

Mijn verhaal schiet ondertussen dus niet op. Ik blijf steken bij de eerste zin. Het helpt ook niet dat schrijvers doorgaans de neiging hebben hun boek te beginnen met een extra lange en ingewikkelde zin, liefst met nog wat tussen -of bijzinnen, om overtuigend genoeg over te komen en beloftes te maken over de inhoud van de rest van het boek… Ik leg het naast me neer en neem me voor het ander boek uit te proberen. Eerst schuif ik de ongebruikte stoel naast mij wat op om doorgang te maken voor nieuwe terras-gangers. In navolging van die ongeschreven terraswet maak ik nu gebruik van mijn recht hen zonder gêne te observeren zolang ze nog niet neerzitten. Het zijn twee jonge meisjes, allebei met een zomerse salopette met korte billetjes en een tas over hun schouder. Vermoedelijk hebben ze hun shopping-namiddag onderbroken om hier een smoothie of iets meisjesachtig te komen drinken. Ze voeren het ‘waar gaan we zitten’- gesprekje, waarbij één van beide het ‘voor mij is het om het even’-rolletje speelt, de andere inschikkelijke voorstellen formuleert en de eerste dan uiteindelijk toch de definitieve beslissing neemt. Alsof ik het al niet druk genoeg had, kiezen ze de tafel vlak achter mij. Zo kom ik al snel te weten dat het geen zussen zijn, maar wel familie, mogelijk nichtjes. Ze hebben thuis allebei een zwembad. Dat zeggen ze niet letterlijk natuurlijk, omdat ze dat uiteraard wel weten van elkaar, maar het eerste gespreksonderwerp zijn de zwembadspeeltjes die ze thuis hebben: een flamingo, een autoband meegebracht van Italië, een gele donut, een haai met van die handvaten, een luchtmatras met gaten waar je een blikje kan inzetten, en een luchtmatras die lijkt op een waterhangmat met zo’n netje… Ik zie elk opblaasding visueel voor mij tevoorschijn ploppen waardoor zelfs mijn denkbeeldig zwembad al gauw veel te krap wordt om ooit nog te kunnen zwemmen.

Ik zit al een tijdje naar de letters in mijn boek te staren. Het blijven letters, geen woorden, laat staan een verhaal. Wat een idee ook om hier een boek te willen lezen. De verhalen zweven hier rond mij, ik kan ze gewoon uit de lucht pukken. Het zijn fragmenten, net zoals je enkel de eerste pagina van een boek leest. Maar ik moet er evengoed mijn aandacht bijhouden, want aan het tafeltje naast mij komt al een nieuw personage aangeschoven, terwijl ik nog steeds niet goed weet wie die oudste nu is. Ik roep de ober en reken af.

Alleen een terrasje doen. Het moeilijkste moment is misschien toch eerder in je eentje het terras afstrompelen beneveld door flarden verhalen die je nooit helemaal zal kunnen lezen…

10 gedachten over “Terrasje”

  1. Ongelofelijk herkenbaar!
    Ik heb ook altijd een boek bij, maar op een vol terras lukt het me niet om een bladzijde te lezen. Onbedoeld luister ik naar alles wat rondom mij gezegd wordt. Maar toch is het aangenaam, zelfs in mijn eentje. Mijn boeken zal ik dan wel verder lezen in de besloten rust van mijn tuin.

    Geliked door 1 persoon

  2. Onwaarschijnlijk herkenbaar … zat onlangs een tekst te schrijven geïnspireerd aan de dagelijks beslommerde conversaties op een terras … éénmaal thuis de gitaar dr bij voor wat passende akkoorden… resultaat : een platte doordeweekse schlager… schrijf voorlopig op andere meer inspirerende plekken …vooral rustiger locaties… alweer fijn uit de pen Iris !!!

    Geliked door 1 persoon

  3. Amai, mooi geschreven! Inderdaad wordt er wat onbedoeld afgeluisterd op een terras,👏👍 En ik zie dan ook veel prachtige foto’s voorbij flitsen:)

    Geliked door 1 persoon

  4. Dit is dus waarom ik op een terras nooit een boek lees. Natuurlijk, ik “speel” met mijn telefoon om niet op te vallen, maar het leukste is inderdaad al die verhalen horen. Ook van de mensen die voorbij komen, trouwens. Terrasje pikken, het blijft een leuke hobby.
    BTW: welk boek is het uiteindelijk geworden? Of heb je later niet alsnog een keuze kunnen maken? 🙂

    Like

  5. Ken ze allebei niet. Maar ik lees te veel en te vage genres, haha. Die eerste is wel een aanrader, dus? Aangezien je die al eens gelezen had 🙂

    Like

Plaats een reactie